De overgang doet veel met een vrouw. Tijdens de overgang verandert het lichaam, maar ook het gevoel van jong en vruchtbaar zijn verdwijnt. Het kan bovendien ook lichamelijk zwaar zijn. Sommige vrouwen hebben het hier moeilijk mee.
Wat is de overgang?
De overgang is een periode rond je laatste menstruatie. Deze laatste menstruatie noem je de menopauze. Dit is een periode waarin je vrouwelijke hormonen zo veranderen dat er geen eisprong meer plaatsvindt en er geen baarmoederslijmvlies meer wordt gevormd. Deze periode kan wel tot tien jaar duren.
Bij sommige vrouwen begint de (pré)-menopauze al rond het 40ste levensjaar. Deze periode kan ook een aantal jaren duren, maar dit is per persoon verschillend. Er vinden in deze periode kleine veranderingen plaats in het lichaam, zo ook in het gewicht. De meeste vrouwen komen aan omdat de stofwisseling (wat je verbruikt in rust) daalt. Vanaf het 45e levensjaar wordt het voor de meeste vrouwen daadwerkelijk merkbaar. Deze periode wordt de peri-menopauze genoemd met klachten als opvliegers, nachtzweten en een grotere verandering in de stofwisseling. De menstruatie verandert of blijft regelmatig weg. Deze periodes kunnen jaren duren totdat de laatste menstruatie plaatsvindt. Dit moment heet de menopauze.
Wat verandert er in het lichaam?
Hormonen zijn boodschappers die een signaal afgeven aan bijvoorbeeld een orgaan om te kunnen functioneren. Hormonen zijn daarom essentieel om te kunnen leven. Tijdens de overgang vindt er een verandering in de hormoonhuishouding plaats. De hoeveelheid en de verhouding geslachtshormonen, oestrogeen en progesteron, veranderen. Deze veranderingen kunnen klachten teweegbrengen en zijn verantwoordelijk voor schommelingen in het gewicht.
Progesteron neemt tijdens de overgang af. Dit begint ongeveer rond je 40e levensjaar. Dit proces kan ervoor zorgen dat je schildklier vertraagt. In de praktijk zie je dat vrouwen minder energie nodig hebben dan voorheen terwijl ze hetzelfde blijven eten, met gewichtstoename als gevolg. Door de daling van progesteron en oestrogeen heb je naar verhouding meer van het mannelijke hormoon testosteron in je lichaam, dit zorgt voor een verandering in de vetverdeling richting de buik.
Waarom kom je aan?
Bij de meeste vrouwen ontstaat boven de broekrand een randje, ook bij de vrouwen die altijd slank zijn geweest. Het gebeurt geleidelijk en vindt doorgaans verder in de overgang plaats. De vermindering van het hormoon oestrogeen zorgt er ook voor dat de stofwisseling gaat veranderen en de calorieverbranding trager wordt.
Hoewel veel vrouwen hier van balen is het wel een bewust proces van het lichaam om te overleven. In vet wordt, net als in de eierstokken, oestrogeen aangemaakt. De functie van de eierstokken wordt minder tijdens de overgang en daardoor neemt het oestrogeengehalte af. Het toegenomen vet kan nu die functie overnemen. Oestrogeen is nodig en zorgt voor een mooie huid, sterke botten, goed humeur, gezond libido etc.
Vroeger was de gemiddelde vrouw magerder dan nu. Het was vanuit de evolutionaire ontwikkeling dus belangrijk dat oudere vrouwen een laagje vet kregen met als doel bescherming. Tegenwoordig hebben de meeste vrouwen al vóór de overgang een extra laagje en wordt het al snel te veel. Dit kan dan juist negatieve effecten hebben voor de gezondheid.
Een oestrogeenspiegel die laag is zorgt ervoor dat vrouwen meer honger krijgen en dat het verzadigingsgevoel lager is. De spiermassa neemt daarbij langzaam af. Dit krijgen alle mensen, zowel mannen als vrouwen, als ze ouder worden. Spieren gebruiken in rust calorieën en hierdoor is het logisch te verklaren dat de meeste vrouwen wat aankomen.
Stress
Stress kan bovengenoemde factoren versterken. Te veel stress veroorzaakt een te hoog cortisolgehalte in het bloed. Cortisol, ook wel stresshormoon, zorgt voor schommelingen in de bloedsuikerspiegel. Deze schommelingen zorgen voor trek in koolhydraten en dat met name de snelle koolhydraten (producten waar suiker of witte bloem in is verwerkt). De toegenomen kilo’s vestigen zich voornamelijk rondom de buik.
Schildklier
Ook de schildklierfunctie kan van invloed zijn tijdens en na de overgang. De schildklier is verantwoordelijk voor je stofwisseling. Wanneer progesteron gaat dalen wordt het inactieve schildklierhormoon T4 minder goed omgezet naar het actieve T3. Deze verminderde omzetting brengt klachten teweeg zoals gewichtstoename.
De veranderingen die de overgang met zich meebrengt worden door de meeste vrouwen niet als positief ervaren. Gelukkig zijn er wel manieren om je lichaam zo slank mogelijk te houden omdat veel klachten ontstaan door verkeerde voeding en een ongezonde leefwijze.
Symptomen van de overgang
- Gewichtstoename
- Andere vetverdeling (meer mannelijk o.i.v. relatief hoger testosteron)
- Onregelmatige cyclus
- Opvliegers
- Nachtzweten
- Urogenitale klachten (urine- en voortplantingsstelsel)
- Infecties
- Problemen met gemeenschap
- Libidodaling
- Depressief
Gemiddeld duren de klachten 4 jaar.
Aanpak
Voedingsadvies
- Vermijd (snelle) koolhydraten, een stabiele bloedsuikerspiegel voorkomt stemmingswisselingen
- Eet veel groenten (waarvan regelmatig koolsoorten), vis, ei, noten, zaden en olijfolie
- Drink voldoende water
Leefstijladvies
- Verlagen van het vetpercentage werkt stabiliserend op de bloedsuikerspiegel
- Probeer stress zo veel mogelijk te vermijden, cortisol kan de werking van progesteron verminderen
- Beweeg elke dag minstens een uur
Bron: https://www.powerslim.nl/nieuws/wat-als-afvallen-niet-lukt-de-overgang